Schatkistbankieren
Schatkistbankieren is bedoeld voor instellingen die een wettelijke of publieke taak uitvoeren en hiervoor gelden van het Rijk ontvangen. Dit houdt in dat instellingen met minimaal 1 miljoen euro aan liquide middelen of instellingen die minimaal 15 miljoen euro per jaar aan publieke middelen ontvangen hun middelen aanhouden op een rekening-courant of in deposito bij het ministerie van Financiën. Zij ontvangen daarvoor een rentevergoeding. Door schatkistbankieren verlaat publiek geld de schatkist pas op het moment dat het wordt uitgegeven. Op deze manier wordt voorkomen dat de overheid bij een bank leent, terwijl onder meer onderwijsinstellingen hun overtollige middelen daar hebben uitstaan. Deelnemers die verplicht deelnemen aan schatkistbankieren zijn agentschappen, (de)centrale overheden, ministeries (als onderdeel van het Rijk) en sociale fondsen. Ook sommige rechtspersonen met een wettelijke (of publieke) taak (RWT’s) zijn verplicht om deel te nemen. Voor onderwijsinstellingen geldt echter een uitzondering. Zij zijn niet verplicht tot deelname, maar kunnen wel besluiten vrijwillig mee te doen. Voor hen gelden ook niet de minima van 1 miljoen euro aan liquide middelen en de 15 miljoen aan publieke ontvangsten om te kunnen deelnemen.
Schatkistbankieren kan uitgesplitst worden in vier componenten: de garantie, de depositofaciliteit, de leenfaciliteit en de rekening-courantfaciliteit. De garantie is te vergelijken met een bankgarantie. De depositofaciliteit biedt de mogelijkheid om tegoeden, die langere tijd niet nodig zijn voor uitvoering van de publieke taak, tot maximaal 30 jaar in een termijndeposito te plaatsen. De leenfaciliteit houdt in dat men tegen bepaalde voorwaarden geld kan lenen voor investeringen in huisvesting.
We zullen deze drie begrippen nu verder laten rusten en verder ingaan op de rekening-courantfaciliteit, aangezien deze vorm van schatkistbankieren het meest voorkomend en relevant is.
Hoe het werkt
De rekening-courantfaciliteit is bedoeld voor dagelijks opvraagbare tegoeden. Naast de bestaande bankrekeningen bij uw huisbankier opent u een nieuwe bankrekening, die alleen bedoeld is voor transacties met de schatkist van het ministerie. Uw huidige betalingsverkeer rondom ontvangsten en uitgaven blijft ongewijzigd. Onderwijsinstellingen zijn vrij in de keuze van hun huisbankier. Het ministerie van Financiën heeft overeenkomsten gesloten met ABN AMRO Bank, Rabobank, ING Bank, Deutsche Bank, de Bank Nederlandse Gemeenten en de Nederlandse Waterschapsbank. Als u meerdere huisbanken heeft, heeft u de keuze of u een rekening opent bij één of bij meerdere banken.
Het betalingsverkeer via deze rekening berust op het principe van zero-balancing. Zero-balancing komt er in het kort op neer dat de bankrekening dagelijks (aan het einde van de dag) op nul wordt gezet en het overige saldo aangehouden wordt in de schatkist. De werkrekening staat echter aan het begin en aan het eind van iedere werkdag op nul. Om betalingen te kunnen uitvoeringen van deze rekening is aan de rekening een intradag debetlimiet gekoppeld. De intradaglimiet is het bedrag dat uw nieuwe bankrekening gedurende de dag rood mag staan. De hoogte van de intradaglimiet wordt door uzelf opgegeven in de formulieren waarmee u zich aanmeldt voor het schatkistbankieren. Blijkt de limiet niet voldoende, dan kan deze incidenteel of structureel worden gewijzigd.
Let op, bij schatkistbankieren gaat het alleen om publieke gelden. Private gelden worden buiten beschouwing gelaten. Vanuit het ministerie van Financiën zal geen toezicht worden uitgeoefend op het betalingsverkeer, besteding van de gelden of andere aspecten van de bedrijfsvoering. De onderwijsinstelling blijft dus autonoom. Het is uw verantwoordelijkheid om zelf de eventuele private middelen te scheiden van de publieke middelen en deze buiten het schatkistbankieren te houden.
Voor- en nadelen
Laten we beginnen om de voordelen op een rijtje te zetten:
- Er ontstaat een besparing op de rentelasten, doordat publieke gelden in de schatkist vloeien en hier geen boeterente over hoeft te worden betaald. Wel wordt een kleine hoeveelheid rente ontvangen/betaald over een eventueel credit-/debetsaldo;
- Er kan risicoloos en degelijk kasbeheer worden gevoerd (de Staat staat immers garant);
- Door het ministerie worden géén kosten in rekening gebracht voor het afsluiten van een rekening-courantfaciliteit;
- De Staat handelt zelfstandig op de geld- en kapitaalmarkt. Over het algemeen gebeurt dit tegen betere condities dan die voor een instelling normaal gesproken gelden. Deze betere voorwaarden kunnen worden toegepast op de deposito’s en leningen die worden afgesloten.
Uiteraard zijn er ook nadelen te noemen:
- Alle publieke middelen moeten bij het ministerie van Financiën worden aangehouden. Er mogen dus geen publieke middelen meer bij banken worden aangehouden. Indien een instelling bij de start van de deelname aan het schatkistbankieren beschikt over een effectenportefeuille zal deze moeten worden afgebouwd;
- Als men een lening wil afsluiten, moet het vastgoed getaxeerd worden door het Rijksvastgoedbedrijf. Hieraan zijn extra kosten verbonden;
- Voor het openen van een nieuwe rekening voor schatkistbankieren, het koppelen van de rekening aan de schatkist en de dagelijkse zero-balancing kan uw huisbankier eenmalig en/of periodiek extra kosten in rekening brengen. Ervaring van het ministerie leert dat de kosten kunnen variëren van € 25 tot € 250 per maand. Om duidelijkheid te krijgen over de kosten, kunt u het beste contact opnemen met uw huisbank(en).
De website van het Agentschap van de Generale Thesaurie (www.dsta.nl), het onderdeel van het Ministerie van Financiën dat zich bezighoudt met schatkistbankieren, biedt verdere informatie over schatkistbankieren en de mogelijkheden om uw instelling hiervoor aan te melden.
Voor meer informatie
U kunt vanzelfsprekend contact opnemen met uw financieel adviseur of relatiebeheerder voor een nadere toelichting of eventuele vragen rondom dit onderwerp. Wij zullen in de komende periode in ieder geval nagaan welke andere mogelijkheden er zijn om het betalen van negatieve rente te voorkomen of te beperken en zullen u hierover dan ook nader informeren.
Gerelateerd: Zie ook ons eerdere artikel met betrekking tot de negatieve rente bij de Rabobank.