‘Ouders waarderen die vrijheid’, onderstreept VGS-bestuurder Pieter Moens. ‘Dat wijst de praktijk wel uit: verreweg de meesten van hen sturen hun kinderen naar een bijzondere school.’ En niet alleen ouders en hun kinderen hebben er baat bij; keuzevrijheid helpt bijvoorbeeld ook docenten en andere betrokkenen bij het onderwijs een werkplek te vinden die bij hen past.
Moens roept de partijen die het voortouw mogen nemen bij de formatie op een voorbeeld te nemen aan het huidige kabinet. ‘VVD en D66 hebben destijds in hun regeerakkoord met CDA en ChristenUnie opgenomen dat zij de vrijheid van onderwijs wilden vergroten – en dat heeft het kabinet ook gedaan via de introductie van de wet Meer ruimte voor nieuwe scholen. Goed voorbeeld doet goed volgen.’
Haar pleidooi voor keuzevrijheid deed de VGS ook al vóór de verkiezingen, in de Kernboodschap die we vorig jaar samen met VBSO, DE, RMU, Berséba en RefSVO hebben opgesteld. Daarin schreven we onder meer dat keuzevrijheid voor het onderwijs ‘een belangrijk grondrecht’ is. Denk bijvoorbeeld aan de mogelijkheden die ouders in ons land hebben om een school voor hun kinderen te kiezen die past bij hun overtuigingen. We pleitten er bij de partijen voor die ruimte ‘blijvend te bieden.’
Moderniseren
Als winnaars van de verkiezingen zullen VVD en D66 een grote rol krijgen tijdens de kabinetsformatie. Wat kunnen we van hen op onderwijsgebied verwachten?
Als het gaat over de vrijheid van onderwijs is bekend dat de VVD artikel 23 van de Grondwet wil wijzigen. Er moet een bepaling komen dat die vrijheid van onderwijs het gelijkheidsbeginsel (zoals vastgelegd in artikel 1) ‘niet mag ondermijnen.’ Ook D66 is voor ‘modernisering’ van de onderwijsvrijheid. ‘Bij de vrijheid van onderwijs staat voor ons het recht van burgers om een school te stichten centraal, niet de godsdienstige grondslag.’
Tijdens de formatie zal duidelijk worden of het nieuwe kabinet daadwerkelijk met voorstellen komt om de Grondwet aan te passen. Of het zover komt, hangt er ook van af met wie VVD en D66 in zee gaan. De PvdA heeft al een voorstel ingediend om de Grondwet te wijzigen, dus die is daar in principe voor. Dat geldt ook voor SP en GroenLinks (die zetels hebben verloren) en voor nieuwkomer Volt. Laatstgenoemde partij wil helemaal af van onderwijs op godsdienstige grondslag.
Tegenover het verlies van partijen als SP en GroenLinks staat winst voor verdedigers van de onderwijsvrijheid (voor christelijke scholen), zoals Forum voor Democratie en JA21. De SGP – die vindt dat de vrijheid van onderwijs niet verder onder druk mag worden gezet – bleef stabiel op 3 zetels.
Stempel
Onzeker is nog of de ChristenUnie – die in het huidige kabinet één van beide onderwijsministers leverde – opnieuw aan bod komt bij de formatie. Voor het christelijk-reformatorisch onderwijs zou dat wel te hopen zijn. De ChristenUnie heeft in de afgelopen jaren vanuit het kabinet veel betekend voor de vrijheid van onderwijs door daar steeds pal voor te staan. Onder andere heeft minister Slob duidelijk zijn stempel gedrukt op de burgerschapswet, die de vrijheid van onderwijs als uitgangspunt heeft.
Het verlies van het CDA is geen goed nieuws. Die partij geldt van oudsher ook als een van de traditionele hoeders van de onderwijsvrijheid, al leek ze daar zelf recent twijfel over te zaaien door haar verkiezingsprogramma op dit punt aan te passen.
Tot een wijziging van de Grondwet zal het in de komende kabinetsperiode sowieso nog niet komen. Daarvoor zijn eerst nieuwe Kamerverkiezingen nodig en daarna een tweede stemming over ingediende wijzigingsvoorstellen.
Acceptatieplicht
VVD en D66 zijn niet alleen voor modernisering van de onderwijsvrijheid; ook zijn ze voor een acceptatieplicht. GroenLinks en de SP zijn daar eveneens voor, net als de PvdA. Hoewel die drie partijen samen zetels verloren, vormen de partijen die vinden dat elke school iedere leerling moet toelaten samen een zeer ruime Kamermeerderheid.
Loyale burgers
De standpunten van VVD en D66 over onderwijsvrijheid geven voor de VGS-achterban wel zorgen, nu daarin minder erkenning is voor het goed recht van onderwijs op religieuze grondslag. De VGS-oproep aan het nieuwe kabinet is daarom met extra nadruk: let op het behoud van de keuzevrijheid voor christelijke ouders om ook reformatorische scholen in stand te houden. Laat de onderwijsvrijheid er niet alleen zijn voor scholen die aansluiten bij de individualistische idealen van het liberalisme, maar ook voor reformatorische ouders die net zo goed loyale burgers zijn en voor wie het onderwijs in aansluiting bij hun overtuiging van essentieel belang is.
Hoewel nog veel onduidelijk is, ziet Moens de nieuwe kabinetsperiode met vertrouwen tegemoet. ‘De Heere regeert; Hij waakt over het onderwijs dat is gegrond op Zijn Woord. Laten we ons daarin van Hem afhankelijk weten en Hem daar ook dagelijks om bidden.’
‘De Heere regeert; Hij waakt over het onderwijs dat is gegrond op Zijn Woord. Laten we ons daarin van Hem afhankelijk weten en Hem daar ook dagelijks om bidden.’Pieter Moens
Dankbaar is hij voor de recente, forse investeringen in het onderwijs om leerachterstanden bij leerlingen weg te werken. ‘We zijn nieuwsgierig naar de onderwijsplannen van het nieuwe kabinet. Er is nog veel werk aan de winkel. De VGS ziet uit naar samenwerking met de coalitie én met de oppositie. Niet alleen in het belang van onze eigen scholen, maar in dat van alle kinderen van Nederland.’
Dilemma’s
VGS en VBSO zijn onlangs gestart met een serie video’s en artikelen over onderwijsdilemma’s die tijdens de verkiezingscampagne en in de formatieperiode opspelen. Deze reeks hopen we in de komende weken steeds uit te breiden.