Jan-Willem de Leeuw (bestuurder VGS) heet de deelnemers welkom. Daarna opent ds. Krijgsman de schoolleidersdag met het lezen van Psalm 33 en met gebed. Hij gaat in op vers 10 en 11 uit deze Psalm. ‘Wat is het een troost dat wat er ook gebeurt, de raad van de Heere en de gedachten van Zijn hart zullen bestaan. Tegelijk is het een dreigende aankondiging van de uiteindelijke ondergang van allen die weigeren hun knie te buigen voor Koning Jezus. Niets en niemand kan de uitvoering van Zijn raad verhinderen. De almachtige, alwetende God doet dat in de tijd, van geslacht tot geslacht. Het omvat alles wat er in de wereld plaatsvindt, maar vooral gaat het om de toebrenging van hen voor wie Christus Zijn leven gaf. Die gedachten zijn van vrede, genade en barmhartigheid. Om deze raad te kunnen uitvoeren heeft Hij Zijn eigen Zoon niet gespaard, maar Hem voor ons, zegt Paulus, overgegeven in de smadelijke kruisdood. Wie zal ooit de hoogte, de diepte, de lengte en de breedte van die liefde kunnen peilen en doorgronden?’
‘De oudere generatie krijgt in Psalm 78 de opdracht om het Woord des Heeren door te geven aan de volgende generatie. Die opdracht moet ons afhankelijk maken van de Heere. We moeten Zijn hulp afsmeken om vrijmoedigheid te mogen ontvangen om richting jonge mensen te spreken over de Heere en Zijn dienst. Daarnaast moeten we ook zelf de goede weg bewandelen, een levende getuigenis zijn.’
‘Laten we met de jongere generatie het gesprek aangaan, zodat we weten wat hen bezighoudt en hen zodoende beter kunnen begrijpen. En laten we uit Gods Woord laten zien Wie de Heere ook voor hen kan en wil zijn. Dat gaat niet vanzelf. Je krijgt te maken met weerstand, tegenstand, onbegrip, omdat we allen van nature vijanden van God en van vrije genade zijn. Het is een wonder als je dat mag gaan zien. Dat zorgt ervoor dat ons hart gevuld wordt met nog meer geduld, liefde, gebed voor de jongeren en voor personeelsleden.’
‘Weet u wat zo bemoedigend is? Dat de Heere boven alles staat. Hij gaat door met Zijn raad en welbehagen. Het zaad zal Hem dienen (Psalm 22). Wat een wonder van genade als wij tot dat uitverkoren geslacht, dat koninklijk priesterdom mogen behoren, wat straks eeuwig Zijn lof en eer verbreiden mag. Uw trouw, Uw roem… Daar klopt het hart van de levende Kerk van Christus. Niet ons, alleen Uw Naam geef ere. Want Uw gedachten, Uw raad, Uw welbehagen is van geslacht tot geslacht, van eeuwigheid tot eeuwigheid.’
Tekst gaat verder onder foto’s.
We zingen Psalm 79: 7. Daarna is het woord aan Els van Dijk.
‘We leven voortdurend in een veranderende context. We hebben te maken met generaties en verschillen. Genereert dat onmacht, verlegenheid, verschillen? Er zijn veel boeken geschreven over hoe je om moet gaan met de verschillen tussen generaties. Maar moeten we wel vanuit die concepten denken? Helpen we elkaar daar mee of leidt het af van waar het werkelijk om gaat in het onderwijs? Ik denk dat je de veelkleurigheid van de mens tekortdoet als je hem of haar het product van de generatie maakt. Ik denk dat het leven veel complexer is dan dat.’
Van Dijk benoemt zeven aspecten die dat onderschrijven:
- Elke collega komt met een levensverhaal binnen. Sommige mensen hebben veel te verwerken.
- Karakterologische verschillen. Introvert, extravert…
- Teamrollen die mensen zich toe-eigenen of die hen opgelegd worden.
- Actuele levensomstandigheden. De een is daar flexibeler in dan de ander.
- Conflicterende taken.
- Van de nieuwe generatie wordt gezegd dat ze een veel kortere spanningsboog hebben, maar dat is niet alleen generatiegebonden.
- Beleving van je professionaliteit. Je hebt mensen die altijd bezig zijn met uren. Je kunt ook denken in bewogenheid, bevlogenheid, ongelimiteerd tijd besteden.
Van Dijk refereert aan een hoogleraar die conclusies trekt naar aanleiding van de manier waarop respondenten een vragenlijst invullen. ‘Jongeren zijn in alle generaties en in alle tijden minder bereid geweest om te werken dan mensen van middelbare leeftijd.’ ‘Maar’, spreekt Van Dijk dit tegen, ‘het is een kwestie van deze tijd dat we allemaal minder met betaald werk bezig zijn, omdat we andere dingen ook belangrijk vinden. Dat ligt niet aan de leeftijd.’
Verder concludeert de hoogleraar dat we mensen nu eenmaal graag in hokjes stoppen. Onze hersenen houden daarvan. Van Dijk zegt daarop: ‘Ik zal de laatste zijn om te ontkennen dat de wereld waarin we leven invloed heeft op ons. Maar wat me bezighoudt is dat dit christenen net zo hard treft als de mensen zonder geloof. Zijn de maatschappelijke invloeden dan groter dan de essentiële waarden die we uit het Evangelie kennen? Laten we dat gebeuren? We moeten hier een kritische reflectie op durven maken. Hoe conflicteert dat met ons onderwijs?’
‘We leven in een tijd waarin we te maken hebben met een enorme zingevingscrisis. Er is een enorme geldingsdrang. Eindeloos veel bronnen zijn altijd binnen handbereik. Prestatiedrang en -druk, financiële onzekerheid, 24/7 bereikbaar zijn, de ellende van deze wereld. Het overspoelt je. Het is niet voor niets dat vooral twintigers en dertigers met burn-outklachten kampen. Alles wat te maken heeft met vruchtdragen, met de Heere Jezus bezig zijn, heeft plaatsgemaakt voor jezelf bewijzen. Voortdurend vergelijken met anderen, alsof je hetzelfde bent! Meer dan ooit wordt er een enorme aanval gedaan op ons denken en geloof. Als de druk van buiten groter is dan het verlangen van binnen gaat er iets grondig mis.’
Tekst gaat verder onder foto’s.
‘Maar’, komt Van Dijk met het goede nieuws, ‘het zit ‘m niet in de generatieverschillen. Die verschillen zijn er altijd geweest, maar dat hoeft verbinding niet in de weg te staan. Je hebt het meest contact met de mensen waarbij je in twee zinnen bij het hart uitkomt. Als dat de verbinding is, dan maakt het niet uit hoe de generaties zitten.’
‘Leidinggeven doe je op grond van waarde, van je missie, je bevlogenheid, je opdracht, de roeping die je hebt. Passie, dat vind ik een naar, modern woord. Maar het komt van het Griekse woord ‘pascho’, het woord voor pijn, verdriet, lijden, wat niet tot Gods bestemming komt. Als dat je aan elkaar verbindt op school, dan geeft dat zo’n sterke verbondenheid! Een gemeenschap vorm je niet op grond van standpunten, maar op grond van wat je drijft, wat je dringt. Leidinggeven doe je op grond van waarde, niet op grond van culturele verschillen.’
Van Dijk haalt Mark Pike aan, die in zijn boek Onversneden Onderwijs zegt dat de schoolleider zijn of haar waarde moet voorleven. ‘Hij moet volledig begrijpen wat persoonlijkheidsvorming voor een persoon inhoudt. En dan mag je daarover het gesprek voeren. Dan moet je je daar ook aan committeren. Je moet werkelijk willen dat die ander onder jouw leiding tot groei en ontwikkeling komt. En je moet ook de nodige vaardigheden hebben om persoonlijkheidsontwikkeling van niveau uit te voeren.’
Aan het einde van de lezing gekomen, citeert Van Dijk graag nog rabbijn Jonathan Sacks: ‘Hoe gaan we om met veranderingen? We beleven nu een paar van de snelste en meest dramatische veranderingen die de wereld ooit heeft gezien. Wat aan het jodendom heeft gemaakt dat mijn voorouders al die eeuwenlang de onzekerheid aankonden? Wat is er aan een geloof dat een volk de moed heeft en geeft om met veranderingen om te gaan?’
‘Drie zaken:
- We zijn nooit ons besef verloren van identiteit, van wie we zijn en waarom. Al onze feesten zijn bedoeld om terug te denken aan de reis die onze voorouders hebben afgelegd door de woestijn.
- We hebben de hoop nooit opgegeven. Onze hoop dat God onderweg bij ons was, ook al leek Hij soms ver weg.
- We vergeten nooit onze bestemming. Een wereld vol gerechtigheid, meeleven en vrijheid. In een flits gezien, van een afstand, in de verte.’
‘Als je onthoudt waar je vandaan komt, waar je naartoe gaat en waarom, dan kun je omgaan met veranderingen. Omdat je omgaat met een waarde die niet verandert. Als de beloften van God eeuwigheidswaarde hebben, dan kan Hij ze ook realiseren met de mensen die nu aanwezig zijn. Ondanks culturele, maatschappelijke en generatieverschillen. Het hangt niet van ons af, maar van Hem Die Zijn Koninkrijk aan het realiseren is.’
Tekst gaat verder onder foto’s.
Na de lezing worden er enkele vragen gesteld aan het panel, waarna er in de pauze tijd is voor ontmoeting. Vervolgens zijn er twee workshoprondes. Vooraf kon er gekozen worden uit een zestal workshops rondom het thema:
- Van geslacht tot geslacht – Bram Kunz
- Klassieke vorming van postmoderne onderwijzers en leerlingen – Niko Schonebaum
- HRM voor alle generaties: (on)mogelijk!? – Janine Slagboom en Else Marie van Tilborgh
- Overstijgen instrumenten uniciteit van teamleden – Thea de Mots en Anton de Jong
- Generatie Alpha: wat moeten we daarmee beginnen? – Niek Bakker
- Pedagogisch-didactische generatieverschillen!? – Heidi den Ouden
De dag werd afgesloten met een borrel waarin schoolleiders de opgedane indrukken konden delen en elkaar konden ontmoeten.