Het personeel in het onderwijs gaat er financieel stevig op vooruit. VGS vindt dit een financiële onderstreping van de waardering voor het onderwijspersoneel. Wij gaan dan ook niet mee in het sentiment van PO in Actie om te gaan staken voor verdere salarisverhogingen.
Ook op andere terreinen biedt de cao PO mooie aanknopingspunten, zoals de helderheid over carrièremogelijkheden in het primair onderwijs of het vergemakkelijken van het regelen van vervanging bij ziekte. Ook de idee dat medewerkers meer professionele ruimte krijgen en verantwoordelijkheden in de school worden gelegd spreken ons aan. Verder zijn wij blij dat de dispensatieregeling ongewijzigd is, waardoor de ruimte voor VGS en RMU blijft bestaan om een eigen cao Reformatorisch Primair Onderwijs vast te stellen.
Tegelijkertijd maken wij ons wel zorgen over de werkdruk van schoolleiders. Deze kan mogelijk verzwaard worden door zaken als extra ruimte voor informele zeggenschap van het personeel en de vele wijzigingen t.a.v. het functiegebouw. Wij zullen daar ook specifiek aandacht aan geven in de verdere bestudering van het akkoord. Daarnaast is het jammer dat de cao maar een korte looptijd heeft, tot 28 februari 2019. Juist een langere looptijd zou zorgen voor rust in het onderwijsveld, waardoor het onderwijspersoneel zich kan richten op hun kerntaak: het vormen van de kinderen in de klas.
Vervolg
VGS zal zich in de komende dagen verdiepen in de consequenties van de nieuwe cao PO. Volgende week hopen wij een uitgebreidere reactie te geven. Dan zal ook in worden gegaan op de cao Reformatorisch Primair Onderwijs en hoe wij u de komende maanden zullen informeren over en ondersteunen bij de uitwerking van de nieuwe cao PO.
Inhoud van het akkoord op hoofdlijnen
Salaris, functies en loongebouw
- De lonen worden voor alle werknemers met 2,5 procent voor alle werknemers verhoogd met ingang van het kalenderjaar 2018. De loonsverhoging gaat in op 1 september 2018. Voor de periode van 1 januari t/m 30 augustus 2018 wordt eenmalig een bedrag beschikbaar gesteld van € 750,- voor alle werknemer Leerkrachten krijgen nog een extra eenmalige uitkering in oktober 2018.
- Voor de lerarensalarissen zijn nieuwe salaristabellen gemaakt. Met deze nieuwe salaristabellen worden de extra gelden van € 270 miljoen besteed die in het Regeerakkoord waren opgenomen om de achterstand in vergelijking met de lerarensalarissen in het voortgezet onderwijs minder groot te laten zijn. De schalen LA, LB en LC zijn afgeschaft en worden vervangen door de nieuwe schalen L10, L11 en L12 worden ingevoerd. In deze schalen zijn veel structurele toelagen verdisconteerd. In samenhang met deze schalen is tevens met toepassing van Fuwa-PO een nieuwe functiereeks leraren primair onderwijs tot stand gekomen. Deze beschrijvingen gaan voor de sector gelden per 1 september 2018.
- De verplichte functiemixpercentages worden geschrapt. Afspraken omtrent functiedifferentiatie worden op organisatieniveau gemaakt. De nog niet bestede functiemixmiddelen worden gebruikt voor verder verhoging van de leerkrachtsalarissen per 1 januari 2019 en 1 januari 2020.
Werkverdeling en tijd (taakbeleid)
- Het hoofdstuk in de cao over taakbeleid wordt drastisch aangepakt. Kern van het taakbeleid wordt het werkverdelingsplan. Hierbij krijgt het team een vergaande vorm van medezeggenschap bij de totstandkoming van dit plan. Uitgangspunt is dat 1659 uur als basis gehandhaafd blijft. Er wordt een maximale lessentaak gehanteerd van 940 uur per jaar (parttimers naar rato). In onderling overleg mag een grotere lessentaak worden overeengekomen. De 40-urige is geen factor meer in de werkverdeling, maar blijft wel als rekeneenheid gelden voor de bepaling van de benoemingsomvang. De uiterlijke invoeringsdatum voor het nieuwe werkverdelingsbeleid is 1 augustus 2019.
Contracten en bovenwettelijke uitkeringen
- De sociale partners willen werkgevers de ruimte bieden hun vervanging zo goed mogelijk te organiseren. Er wordt naar gestreefd om – vooruitlopend op verwachte wetswijzigingen – de vervangingsbetrekkingen in verband met ziekte al per schooljaar 2018-2019 uit te zonderen van de wettelijke ketenregeling gedurende 3 jaar. Sociale partners zullen hiertoe een verzoek indienen bij de Minister van SZW. Het bindingscontract keert niet terug in de cao.
- De omvang van de bovenwettelijke uitkeringen worden verder beperkt door de opbouw van de aansluitende uitkeringen vanaf 30 dienstjaren te temperen. Ook worden de omvang van de extra aansluitende uitkering beperkt.